Dag 15 Final day – reisdag en thuiskomst

Dag 15 Final day – reisdag en thuiskomst

Het ontbijt ruikt verrukkelijk. Gebakken eieren, gebraden spek, toast, pumpkin pie. We worden nog eenmaal verwend. Families gaan op de foto en het afscheid doet pijn. Who knows when we shall meet again? We weten het niet. Een brok in de keel wordt weggeschraapt. De fishermans friend gaat rond. Er is een stevige bijna familieband met deze mensen opgebouwd. We zullen onze herinneringen bundelen in een collage en die aan de Goorts toesturen.

Dan vertrekken we echt. Heel veel dank en wellicht tot ziens!

De vliegen waarop we de zalmen en forellen vingen staan binnenkort op de fotopagina. De komende tijd zullen we Martin en Onno vrees ik nog menigmaal moeten “lastig vallen”met onze verhalen.

De terugreis gaat via Coombs, waar de laatste dollars voor snuisterijen worden verworven. Om 12.15 uur zijn we via Nanaimo aangekomen bij Duke Point. Van daaruit pakken we de Ferry naar Tsawwassen. Het is een bijna 2 uur durende vaartocht. Onderweg wacht ons de laatste positieve verrassing. We zien bij elkaar 7 orca’s door de golven zwemmen. Jammer dat ze zich maar even laten zien aan de oppervlakte. We moeten het zonder foto’s doen.

Van de haven is het nog 20 minuten rijden. De auto wordt enigszins vervuild afgegeven met nog 48 km rijden in de tank. We checken in, spenderen de laatste pot dollars aan biertjes en burgers en dan stijgt om 20.20 uur de hollands-franse blauwe zwaan haar vleugels uit richting het verre oosten, ons kikkerlandje. We hebben een niet geheel vlekkeloze landing, maar wat doet het er toe als je even later de blije gezichten van je eigen dierbaren naar je ziet lachen.

Het zit erop. Het VVG is weer “home sweet home”!

Quote van de dag

“Lucky, we still have the pictures”

Dag 14, Litttle Qualicum – Whisky Creek – Sproat Lake

Dag 14, Litttle Qualicum – Whisky Creek – Sproat Lake

De laatste dag alweer. Het einde nadert. Maar de laatste dag zal er nog wel even wat gevist moeten worden. Bas en Paul blijven achter en regelen de zaken voor de terugreis, doen de laatste wasjes en willen ’s middags op het meer wat varen, vissen, whatever.

Bert, Erik en ik rijden nog eenmaal richting het oosten van het eiland, Little Qualicum River, daar waar de Whisky Creek bij de Little Qualicum River samenkomt. Dat punt konden we de vorige keer niet vinden. Er is vandaag regen voorspeld. Dat valt dan nog mee, want buiten de eerste dag is het alleen maar droog geweest. Onderweg stopt het met regenen. We komen aan bij Little Qualicum falls. Een afslag verder moeten we het punt tegenkomen dat we willen hebben. En ja hoor. Beneden zien we de vissen op de kruising van 2 rivieren al liggen. Maar ze lijken al wat langer op het systeem te liggen, want de vissen hebben witte vlekken.

We kleden ons om. Erik verrijkt de omgeving met wat mineralen en meststoffen en dan kan het vissen beginnen. En met het vissen breekt ook de hemel open. Het plenst. Ik haak met de eerste worp gelijk al een vis, maar de haak schiet los. Ook Erik’s hengel zie ik krom staan. De poel zit vol vis, maar de mooie exemplaren lijken erg diep te liggen en de kans dat we een wat minder mooie vals haken is te groot, dus waden we een stuk stroomopwaarts. We waden weer door een panorama, en zien de zwarte arenden rond ons cirkelen. Er liggen hier veel dode vissen. Het geluid van de meeuwen verraadt ook al dat er veel aas voor deze aaseters aanwezig is.

Een blik van de andere gezichten verraadt dat we hier onze visavonturen niet willen eindigen en dus zoeken we het meer richting de inlaat nabij de kust. Eerst nog even langs French Creek. Je weet maar nooit..? Het is laag water aan zee. Een eenzame vliegvisser zwaait zijn hengel . De lijn strekt over het water . Twee ogen staren naar de lijn terwijl die wordt binnengestript. Geen vis. Op de parkeerplaats aangekomen doet Bert zijn mooiste vangst van de dag: een langgerekte mooi gevormde , spits toelopend topje, ligt moederziel alleen in de spoelbak. Zijn #9 is na 3 dagen weer compleet. Wat een geluk!

In de creek naar de zee zien we nog minder activiteit dan de vorige keer dus op naar de Little Qualicum, dit keer de uitstroom en dan wat verder stroomopwaarts dan de vorige keer. Als we arriveren zien we eigenlijk voor het eerst deze vistrip dat er meer vissers op dezelfde gedachte zijn gekomen en zien we ons genoodzaakt om het gedeelte vanaf de kampeerplaats richting de brug af te vissen. Ik lever nog een keer mooie strijd met een dikke vette chum. Hij laat zijn kracht tijdens de verschillende runs die hij maakt goed zien en ik zie de haak mooi voorin de bek zitten. Maar dit keer wint de laatste het allerlaatste gevecht. De haak schiet los. Een half uur later heb ik nog steeds geen aanbeet gevoeld. Bij een controle blijkt de haak te zijn afgebroken. Zo vang je geen vis…

Er worden nog wel enkele vissen geland, maar die zijn voor ons gevoel niet waard om straks de website te sieren. Het wordt tijd dat de coho gaat optrekken, want de run van de chum lijkt echt op zijn einde. Af en toe zie je een zilveren kleinere zalmsoort springen. Dat moeten de eerste exemplaren wel zijn.

Om 15.30 uur is het einde verhaal. Het is mooi geweest. Het vishoofdstuk in Canada sluit hier.

De weg naar Port Alberni is lang en stil. We weten dat het einde nadert..

Bij Bill en Brenda wacht ons een volgende verrassing. De beide HB-tjes hebben het huis gepoetst, de was gevouwen, dus we hoeven eigenlijk alleen de koffers maar te pakken. Bas en Paul hebben de snelheid van de boot van Bill getest (70 km/uur), en hebben het eiland rondgevaren en een beetje getrold. Bij het trollen hebben zij ook een bijzondere vangst gedaan. Een oranje uitziend orvis-petje, kon nog net voordat het voor eeuwig in de diepte zou verdwijnen worden gered.

We krijgen nog een rondleiding in het huis van Will. Wat een huis voor een startend gezin en helemaal zelf gebouwd. Die hebben het nu al voor mooi voor elkaar. At B en B’ s nuttigen we een laatste maaltijd met alle Goorts’ samen. Jeff en Reeza, Will, Kathy (Bill’s favourite sister) en Knarf, ze zijn er allemaal en je ziet dat Bill geniet van deze grote familie. Knarf ook wel Burt Reynolds genoemd in zijn jongere jaren, laat zijn beste kant zien als hij de outfit van Bert past. En ondertussen gaan de rijkelijk gevulde schalen met prawns, gemarineerde varkensvleeshapjes, met spek omgeven vishapjes rond. Onze buiken bollen. We eten, drinken, roken sigaren en lachennog eenmaal voluit. En na de klanken van “ i did it my way” pinken we een traan weg. Het zit erop. Morgen om 9.00 uur vetrek. We hebben hier 14 dagen een eersteklas hotel gehad . Het heeft werkelijk aan niets ontbroken. Wat een gastvrijheid. Thanks! Om 23.30 doen Bas en ik een wedstrijd wie het eerste slaapt. Ik weet niet wie er gewonnen heeft….

Quote van de dag:

On everything comes an end….

Dag 13, Taylor River (part 2)

Dag 13, Taylor River (part 2)

Omdat de drankjes van gisterenavond zijn uitwerking hebben op de geestestoestand van 5 vissers, gunnen we ons een uurtje langer slaap. We willen toch ook wel wat vissen vandaag en dus wordt er gekozen voor een trip met een niet al te lange reistijd. De Taylor River is een klein half uur rijden en heeft ons tijdens de eerste trip vis gebracht in een mooie omgeving.

Om 10.02 uur rijden we aan en de mist die tot halverwege de bergen van het Sproat Lake reiken. Dutch cigars are smoking again. We rijden verder dan de eerste dag en proberen de andere kant van de rivier te bereiken om wat dichter bij de inlaat van het meer te gaan vissen.

Er is een afslag en de weg voert ons op sommige plaatsen vlak langs de rivier. We stoppen op verschillende plaatsen en zien de sockeye weer liggen. In de diepere poelen liggen onderin ook veel grotere (chinook?) vissen. Een visarend zweeft ons tegemoet en keert zich verschrikt om als hij ons langs de waterkant ziet staan. Wat heeft zo’n vogel een mooie vlucht. Hij is een stuk groter dan de black eagle die we zo nu en dan ook zien vliegen. We komen bij de brug waar we 5 jaar geleden ook goed hebben staan vangen. Het water staat wel veel lager, maar er is veel ruimte om te casten en we staan weer op een prachtige plek in de complete rust. Ik haak na 10 minuten mijn eerste vis die ik duidelijk naar de vlieg zie bijten uit agressiviteit. Je kunt de vissen heel goed dicht bij elkaar zien liggen en ook zien waarop ze reageren. Ik maak zelf een plaatje van het relatief kleine mannetje dat mij toch de nodige minuten sportief drillen leverde. Een prachtige zwarte kuifspecht. daalt op een tak naast me en laat zijn prachtige verenkleed zien. Hij vliegt weer op en maakt plaats voor een beer die vanuit de struiken op 50 meter komt kijken wat er in de rivier gebeurt. Hij lijkt even geschrokken, maar omdat we nu stil blijven waagt hij het toch om de oever te betreden. Heel langzaam wandelend loopt hij richting het water. Hij staat stil, kijkt niet meer dan 3 seconden en stopt zijn kop onder water. Het volgende moment is het beeld van een beer met een enorme zalm in zijn bek. Op zijn dooie gemak peuzelt hij er wat van en vervolgens neemt hij de buit op en vertrekt weer de bossen in.

Ik vang nog een mooi vrouwtje op vooral roze patronen die ik hier 5 jaar geleden al kocht. De mannen willen nog een andere plaats verkennen, want het water is wel heel ondiep en de diepe poel die we op weg hiernaar toe zagen met hele grote vissen, lag er wel heel mooi bij. Het is net een aquarium zo helder en duidelijk zie je in de poel de vissen liggen. Het stroomt nauwelijks. Waarschijnlijk te weinig om de vissen agressief te krijgen of te laten denken dat er sprake is van een insect of andere imitatie. Bert leent zijn hengel even aan van Leur en de geschiedenis herhaalt zich. Daar waar Erik vorige keer al met de hengel van een ander vis ving, doet hij dat nu opnieuw. We zetten de vis op de foto. De site moet ook goed gevuld blijven.

Om 15.00 uur is ons rantsoen op en stoppen bergen we de spullen op. We rijden via de dirt road helemaal rond het Sproat Lake en hebben onderweg prachtige vergezichten over het meer en passeren prachtige watervalletjes. De vering wordt goed getest. Erik rijdt bewust door enkele diepe putten om ons niet in slaap te laten vallen. Dat lukt. We zijn een paar bulten rijker. Daar waar de heenreis een half uurtje duurde, rijden we nu met gemiddeld 45 km naar Dickson Drive 8317. Dat is 1 uur langer dan over de snelweg.

Vanavond trakteren wij Bill en Brenda op een diner. Het is het favoriete restaurant van hen en ze raden de neptunes steak aan. De serveerster geeft aan dat er nog nooit een bordje is teruggegeven aan de keuken. Als we ons aperitiefje en hoofdgerecht hebben gegeten weten we ook waarom. De hoeveelheid is zodanig, dat je niet meer durft om nog een bord te vragen. Zelfs Bas’ hollow legs zijn volledig gevuld. Het was heerlijk.

Morgen de laatste dag alweer. Time flies.

Quote van de dag:

In Timbers they really succeed in filling ones hollow legs…